27 april 2007

VLAAMSE TRUCENDOOS

Worden de federale verkiezingen van 10 juni 2007 een opstapje naar een “Vlaamse tripartite”? De toekomst zal het uitwijzen. Voor een staatshervorming is een twee-derde-meerderheid nodig in het parlement, en die is niet bereikbaar met twee partijen alleen.

En dus gaan er stemmen op voor een "brede coalitie", omdat er anders van een staatshervorming geen sprake kan zijn. Vraag is echter: is een staatshervorming wel wenselijk? Dat is een dubbelzinnige vraag, want ik kan me vormen van staatshervorming indenken die zeer zinnig zouden zijn, die bevoegdheden efficiënt herschikken niet in het minst door verregaande herfederalisering. Maar iedereen weet wat er onder "nieuwe staatshervorming" impliciet verstaan wordt: verdere regionalisering van bevoegdheden, minder België, meer Vlaanderen en meer confederalisme, zelfs een aanzet tot separatisme.

Die laatste invulling van staatshervorming kan België missen als kiespijn en wordt ook niet gewenst door de Nederlandstalige gemeenschap van België, maar alleen geëist door de Vlaamse politieke klasse. Die Vlaamse politieke klasse omvat uiteraard slechts een kleine fractie van de bevolking, maar dan wel eentje die beweert de bevolking te vertegenwoordigen. Om de bevolking voor schut te zetten en om het de Nederlandstalige gemeenschap van België onmogelijk te maken haar tegen te werken in haar Vlaams-nationalistische ambities, heeft de Vlaamse politieke klasse enkele trucs bedacht om de democratie op communautair domein te neutraliseren.


TRUC NR 1:
De eerste anti-democratische truc van de Vlaamse politieke klasse is het maken van programma-afspraken over de partijgrenzen heen. In de partijprogramma’s voor de federale verkiezingen van 2007 lezen we niets over België, maar des te meer over "Vlaanderen", alsof er op 10 juni 2007 gewestelijke verkiezingen plaatsvonden en geen federale. De Vlaams-nationalistische kartelvorming is daar natuurlijk niet vreemd aan (CD&V met N-VA, Sp.a met Spirit), maar die mag niet doen vergeten dat de grote partijen zelf intern een sterke Vlaams-nationalistische onderstroom hebben.

Het gevolg van deze programma-afspraken is duidelijk: wie voor België wil stemmen, blijft verweesd achter. Christen-democraten kunnen zichzelf wijsmaken dat CD&V niet echt anti-Belgisch is en tegen beter weten in CD&V stemmen, het is zelfbedrog. CD&V is een door en door een anti-Belgische politieke formatie geworden. Hetzelfde geldt voor sociaal-democraten die denken dat er nog wat aan Belgischgezindheid overblijft bij Sp.a. Zij vergissen zich, ook Sp.a is een in wezen anti-Belgische politieke partij geworden.

Een Nederlandstalige Belg die "voor België" wil stemmen, zal al vlug merken dat zulks onmogelijk is, en de verantwoordelijkheid voor die jammerlijke en anti-democratische toestand ligt bij het Vlaams-nationalistisch afspraken maken binnen de Vlaamse politieke klasse. De "5 Vlaamse Resoluties" zijn daar een treffend voorbeeld van.


TRUC NR 2:
Een tweede middel om de Nederlandstalige bevolking een Vlaams-nationalistische agenda op te dringen is "de truc met het VB". Er wordt systematisch een beeld gecreëerd alsof het Vlaams Belang synoniem is voor "extreem-rechts in België". Die vereenzelviging klopt helemaal niet, omdat niet alle Vlaams Belangers extreem rechts zijn , maar vooral omdat er veel extreem-rechtsen rondlopen buiten het Vlaams Belang: binnen verschillende andere partijen, of gegroepeerd als andere partij, bv het Front National.

Door "de truc met het VB", die het Vlaams Belang vereenzelvigt met fascisme, collaboratie en nazisme, wordt het Vlaams Belang uitgeroepen tot "het Kwaad" bij uitstek, een rol die het met plezier speelt, en zelfs opeist door zich bij de minste algemene verwijzing geviseerd te voelen.

En zie, dan wordt de kiezer volgende keuze voorgesteld: "Wil u een VB-Vlaanderen of een "democratisch" Vlaanderen ?". Een hele discussie en hetze ontspint zich vervolgens over de ware betekenis van het begrip “proper Vlaanderen” (vrij van migranten of vrij van Vlaams Belang ?), en hop, zonder dat men er erg in heeft, is de kiezer zich een mening aan het vormen en aan het debatteren over “welk Vlaanderen” hij wil. Dat de mogelijkheid bestaat te zeggen, en te kiezen, "Ik hoef helemaal geen Vlaanderen", en dat we in België en niet in Vlaanderen wonen, wordt daardoor even vergeten.

De verkettering van het Vlaams Belang is een manipulatief middel om de kiezer tot (conservatief of progressief) Vlaams-nationalisme te bewegen. Het hoeft dus niet te verbazen dat het Vlaams Belang, als principieel separatistische partij, met graagte deze rol van "pispaal" speelt.

"De truc met het VB" heeft aanleiding gegeven tot het ontstaan van Vlaams-nationalisme in "alle kleuren" en "van Dewinter tot Vandenbroucke". Het is duidelijk dat er wezenlijk weinig verschil tussen het separatisme van Filip Dewinter en de “sociale staatshervorming” van Frank Vandenbroucke: "meer Vlaanderen" is hun gemeenschappelijk doel.

Stel dat u een mooie vaas heeft in huis. Een eerste dief breekt binnen, pleegt geweld en steelt de vaas. Dat wil u vermijden en u plaatst een anti-diefstal beveiliging. Een tweede dief belt gewoon aan en begint op u in te praten tot u de vaas "uit vrije wil" geeft voor het "goede doel" (dat later de dief zelf blijkt te zijn). Of u nu bestolen of opgelicht wordt, het resultaat is hetzelfde. Dit beeld van onderscheid tussen diefstal en oplichterij kan duidelijk maken wat verschil is tussen "conservatief" en zogezegd "progressief" Vlaams-nationalisme.

Wat is nu van beide het ergste: diefstal of oplichterij? Conservatief en zelfs extreem-rechts Vlaams-nationalisme vertrekt van een ideologie die expliciet vijandig staat tegenover al wat "niet-Vlaams" is en uitdrukkelijk een onafhankelijk Vlaanderen wil. "Progressief" Vlaams-nationalisme vertelt in wezen hetzelfde verhaal van homogene Vlaamse volkeren, maar verpakt het in een saus van menslievendheid, en misbruikt daarbij positieve beginselen als anti-discriminatie in functie van een Vlaams-nationalistische agenda ("U wil toch geen extreem-rechts Vlaanderen? Stem vandaag voor Spirit!")

In die zin is het zogezegde "progressieve" Vlaams-nationalisme verderfelijker dan het conservatieve, omdat het postieve begrippen aanwendt om tot een negatief doel te manipuleren. Of het nu gaat om de dwang van een "Oude Orthodoxie" of om de dwang van een "Nieuwe Orthodoxie", in beide gevallen pleit men voor een dwangmaatschappij. De ruzies tussen "progressieve" en conservatieve flaminganten zijn irrelevant: wat telt is België, niet Vlaanderen. We kunnen dus best het Vlaams Belang niet als referentiepunt nemen, positief noch negatief.


TRUC NR 3:
Een derde truc is die van "het hoger doel". "Meer-Vlaanderen" is nodig, zegt men, niet als doel op zich, maar om hogere doelen te bereiken. Die hogere doel kunnen dan zijn: "beter bestuur", "meer effciëntie in de concurrentiestrijd", "een warme, rechtvaardige samenleving", "meer tewerkstelling", enz. Eigenlijk is dat hetzelfde als zeggen dat België het bereiken van die "hogere doelen" in de weg staat, het is de expressie van een anti-Belgische ingesteldheid.

Die "hogere-doelen-ideologie" faalt op drie punten. Allereerst is niet bewezen dat regionalisering noodzakelijk naar die hogere doelen zal leiden, niet in het minst om dat de hogere doelen “in omgang” onderling niet compatibel zijn.

Ten tweede is evenmin bewezen dat diezelfde doelen niet kunnen bereikt worden in een Belgische, federale context. De "hogere-doelen-ideologie" maakt aanspraak op alleenzaligmakendheid, en iedereen weet naar welke ellende zulke ideologieën kunnen leiden.

En ten derde is niet gezegd of de bevolking het "hogere" doel in kwestie wel wil. Volledige tewerkstelling wou vroeger zeggen: "Eén kostwinnaar per gezin", en nu betekent het "Elke volwassene aan het werk". Wie kan bewijzen dat de bevolking die ommezwaai wenst en zelfs dat die arbeidsplicht een echt "goede zaak" zou zijn voor de levenskwaliteit van de burger? Hetzelfde geldt voor de andere "hogere doelen" voor de staatshervorming.


TRUC NR 4:
Een vierde truc is de leer van de homogeniteit. Die gaat terug op de Romeinse keizer Constantijn, die in de 4de eeuw het christendom als staatsgodsdienst invoerde. Karel V hernam de doctrine ten tijde van de 16de-eeuwse godsdienstoorlogen: “Cuius regio, eius religio”, of nog: "Eén bestuur, één godsdienst". Migraties en politieke machtsstrijd waren het gevolg. Diezelfde homogeniteitsleer wordt nu herhaald onder de formule dat homogene delen "beter bestuurbaar" zijn. Aanhangers van die leer (zoals de meeste "Vlaamse" politici) zullen dus trachten de bestuurde gebieden af te bakenen met het oog op "verhomogenisering" en op het vormen van een "sterke" natie.

In aanvulling hierbij kan men zich afvragen of er wel democratische "Vlaamse partijen" bestaan ?

Verschillende Vlaamse partijen verdedigen een discriminatie-politiek, ofwel onder de vorm van een "recht op discriminatie" als "fundamentele vrijheid", ofwel onder de vorm van een "gelijke kansen beleid", dat niet minder is dan de "plicht tot (positieve) discriminatie" en dat elke vorm van feitelijke verscheidenheid "onrechtvaardig" vindt. Beide discours zijn "intiem" verbonden, omdat "gelijke kansen" de indruk wekken dat er geen verantwoord onderscheid bestaat en zo aanleiding geven tot de roep om "een recht op discriminatie", en omgekeerd.

De keuze voor "radicale subsidiariteit" (dwz bestuur op het laagst-mogelijke niveau) van CD&V is een bijna-pleidooi voor discriminatie, omdat elke wijk zo zijn eigen wetten krijgt en het gelijkheidsbeginsel zo overboord gegooid wordt. Waar in de 17de eeuw geklaagd werd over te veel “versnippering”, noemt men nu zulk een versnipperd bestuur een "degelijk bestuur, dichter bij de burger".

Partijtucht is soms de regel en totalitaire aanspraken onder de naam "progressief project" maken van de Sp.a een weinig democratische vooral ethisch arrogante partij.

Andere zogezegd "progressieve" partijen hebben het moeilijk met respect voor de rechtstaat en begrijpen het verschil niet goed tussen een democratie en een theocratie, zoals sommige pleidooien voor “diversiteits-absolutisme” aantonen.

"Democratie" wordt voor de Vlaamse politieke klasse beperkt tot "gaan kiezen", er is geen terugkoppeling naar de burger en naar het kiespubliek. De Vlaamse politieke klasse gedraagt zich als "volmachtdragers" en niet als vertegenwoordigende democraten.


TRUC NR 5:
Die vermeende "volmachten" vanuit de anti-democratische instelling van de Vlaamse politieke klasse, vormen de vijfde truc van deze stille staatsgreep: de 5 Vlaamse resoluties van 1999, gestemd in achterkamertjes van het Vlaams parlement, zijn bij uitstek ondemocratisch. Tot confederalisme kan immers niet besloten worden zonder volksraadpleging, maar deze 5 Vlaamse resoluties worden vooral door CD&V graag als voorwendsel gebruikt om "de Vlaamse partijen" een schijn van democratische legitimiteit te geven.


TRUC NR 6:
En dan zijn er nog andere aantastingen van de democratie, zoals de eis van Frank Vanden Broucke ten aanzien van sportclubs in de rand van Brussel, om daar Nederlands te spreken. Er is de VRT die een Vlaams-nationalistische propaganda-zender is geworden, door het voortdurend promoten van de Twee-Volkeren-Doctrine. Deze zesde truc wenst het om België te polariseren en de verschillen op de spits te drijven.


TRUC NR 7:
En voorts is er de kiesdrempel die het onmogelijk maakt dat er nog nieuwe politieke partijen ontstaan.

Nederlandstalige Belgen worden door de hoger beschreven machtsgreep van de Vlaamse politieke klasse vakkundig buiten spel gezet. De herwaardering van de Belgische democratie heeft dan ook naast een algemeen een communautair luik: nationale kieskringen, nationale partijen en het hergroeperen van de regionalisten in één partij.

Ondanks die jammerlijke anti-democratische basissituatie voor de federale verkiezingen van 10 juni 2007, is het belangrijk dat u niet kiest voor anti-Belgische politieke formaties, zoals Vlaams Belang, CD&V/N-VA en Sp.a/Spirit.

Zo goed en zo kwaad het kan: bij de federale verkiezingen van 10 juni 2007: Kies voor België .

Geen opmerkingen: