27 juli 2007

HAMBURGERS VOOR DE BEGROTING

In de formatienota van Yves Leterme wordt een lastenverlaging voorzien. Een lastenverlaging die de federale overheid niets zal kosten, omdat ze zal bekostigd worden door terugverdieneffecten. Zo wordt het toch voorgesteld op en door Hertoginnedal.

Hoe moet ik mij die terugverdieneffecten voorstellen?

Neem een modale Jan Janssens, van wie de kinderen werken in een hamburgertent. Jan Janssens zal bv 1000 Euro meer overhouden van zijn loon dankzij de lastenverlaging. Om het bedrijf waar zijn kinderen werken te steunen, spendeert Jan Janssens die 1000 Euro aan lekker vettige hamburgers, hoe vettiger, hoe prettiger. De buren van Jan Janssens, van wie de kinderen eveneens in diezelfde hamburgertent werken, doen net als hij, en eten ook dagelijks hamburgers als extraatje.

Bij gevolg ontwikkelt men in de buurt van Jan Janssens een ferm overgewicht: goed nieuws voor de diëtist, de boekenwinkel, het fitnesscentrum, de dokter, de apotheker en het ziekenhuis. Om al die extra kosten te kunnen betalen hebben Jan Janssens en zijn buren de keuze tussen ontsparen, schulden aangaan en overuren doen. Al die activiteiten genereren taksen en belastingen, en die komen terecht in de schatkist. Deze extra belastingen en taksen, dank zij het hamburger-vreten en de medische begeleiding van de daaruit volgende zwaarlijvigheid, die zijn wat bedoeld wordt met "terugverdieneffecten".

Begrotingsevenwicht door middel van taksen op consumptie stimuleren de economische groei, eigenlijk de overproductie, maar ook de overbelasting van de bevolking, de consumptiedwang, en breken het welzijn van de burgers af. Om nog maar te zwijgen over de milieu-effecten van zulke blinde maatregelen.

Ik kan dan ook alleen maar hopen dat er in de bespreking van de formatienota van Yves Leterme, andere wegen worden gevonden om de begroting in evenwicht te houden, dan steeds maar te vertrouwen op het gewillige en compulsieve consumeren door de bevolking.

Ik denk daarbij aan lasten op onverantwoord ondernemen en produceren, waardoor de vrije concurrentie tussen bedrijven wordt vervalst. Om de vrije concurrentie eerlijk te houden, is het nodig dat bedrijven die hun negatieve "externalities" op de maatschappij afschuiven, daarover aangesproken worden. Van bedrijven mag verwacht worden dat ze milieu-neutraal zijn, wat betekent dat de schade die ze veroorzaken niet door de schatkist, maar door de bedrijfswinst wordt betaald.

Mogelijkheden onderzoeken om ten dele een "budgetloos" beleid te voeren, kan ook interessant zijn. Ik denk aan het oprichten van een milieufonds dat de overheid niets mag kosten, maar, en dat is veel belangrijker, dat de overheid ook niets mag opbrengen en dat ook geen aanleiding mag vormen tot het inkrimpen van de voorziene milieubudgetten. Geen verkapte begrotingsmaatregel, maar echt milieubeleid.

Zulk een fonds zou twee luiken kunnen hebben, Luik A en Luik B. Luik A kan gevoed worden door taksen op onverantwoord produceren en onverantwoord consumeren. Met die inkomsten kunnen daarna boni worden uitgekeerd ten gunste van verantwoorde productie en consumptie, of kunnen initiatieven genomen worden tot milieuverbetering. Luik B kan dan weer giften, legaten e.d. ontvangen, die uitsluitend voor herstel van het natuurlijk kapitaal aangewend worden, zoals zuiveringsinstallaties op rioleringen en herbebossing.

Een begrotingsevenwicht dat louter en alleen stoelt op terugverdieneffecten, beoogt uitsluitend economische groei. Zulks is zeer eenzijdig en weinig creatief, en vooral, het valt te betwijfelen dat mensen gelukkig worden van dwangmatig hamburgers vreten, uit burgerzin en om hun kinderen werk te verschaffen.

24 juli 2007

SEPARATIST-FORMATEUR: Onaanvaardbaar.

Het anti-Belgicisme van Yves Leterme begint stilaan legendarisch te worden, zodat ook in het buitenland de vraag rijst hoe zulk een houding te rijmen valt met een federaal ambt als premier. Dus: hoe staat het met de formatienota van vandaag?

De formatienota van Yves Leterme leest allereerst als een rondje verstoppertje spelen met de staatshervorming. Maar naar gangbaar Nederlands vertaald, is de bedoeling meer dan duidelijk. We lezen er dat:

"goed bestuur begint bij een heldere afbakening van de bevoegdheden tussen de verschillende overheden, volgens het beginsel van de subsidiariteit" (blz 5)
"een nieuw activerend en responsabiliserend financieel afsprakenkader tussen de federale overheid en de Gemeenschappen en Gewesten" wenselijk is (blz 16)
"in afwachting van een wetgevend initiatief voor defederalisering" (over pensioenen blz 21)
"uitgangspunt bij verdere stappen in de staatshervorming op het vlak van gezondheidszorg" (blz 22)
"meer autonomie en responsabilisering mogen niet uit de weg worden gegaan" (over justitie, blz 53)
"de regering wil tijdens de komende legislatuur een belangrijke bijdrage leveren tot de staatshervorming" (blz 65)

Ook belangrijk is wat er niet staat. Er is in de formatienota van Yves Leterme namelijk geen sprake van herfederalisering van bevoegdheden, van federale kerntaken, van hiërarchie van overheden noch van nationale kieskringen.

Kort gezegd: Yves Leterme heeft een confederaal-separatistische agenda voor ogen. Alleen die bevoegdheden mogen voor Yves Leterme federaal blijven waarvan hij hoopt dat ze ooit Europees zullen worden. Loopt Bart De Wever rond met een mentaal bruistablet, CD&V is de partij van de verdamping van België. Het moge duidelijk zijn.

Naast deze confederale agenda valt het corporatisme op door het verwennen van KMO's, het verlagen of bevriezen van de lonen (met behoud van koopkracht), maar vooral de wansmakelijke idee (blz 21) om pensioenen vast te leggen op basis van loopbaan in plaats van op basis van leeftijd. Dit laatste weliswaar "geleidelijk" en "met inachtneming van gelijkgestelde periodes" (rarara..., wat betekent dat concreet?).

"Democratisering" blijft voor Yves Leterme beperkt tot het "openen" van wat debatten, en een "efficiënt" overheidsapparaat. Zulke voorstellen om de democratie te verdiepen zijn ronduit lachwekkend ontoereikend. Dat CD&V niet weet wat het woord "democratie" betekent en er steeds "particratie" voor in de plaats leest, wisten we al langer.

Op het VRT-nieuws mochten we hiervan niets vernemen, evenmin als over de reactie van Didier Reynders die de nota "te herschrijven" vindt. De aandachtige VRT-journalisten, die werken onder de voogdij van N-VA-minister Geert Bourgeois, wisten wel te melden dat de lasten op de gewone lonen zouden zakken en dat gewone mensen meer gingen verdienen, en nog wat andere burger-kadokes. Een flauwe Leterme-imitatie van Steve Stevaert, dwz gewoon populistisch boerenbedrog.

In tegenstelling tot wat ze beweert, presenteert deze formatienota een weinig democratisch en mensonvriendelijk beleid, nog steeds gebaseerd op arbeidsplicht en consumptiedwang, een beleid dat vooral draait rond het anti-Belgicisme van Yves Leterme.

Onaanvaardbaar over de hele lijn.

21 juli 2007

21 JULI: GOED NIEUWS

21 Juli, de dag dat we in België de onafhankelijkheid van ons land vieren. 21 Juli, onze Nationale Feestdag. En bij die gelegenheid vernemen we goed nieuws.

Een recente peiling toont opnieuw aan dat de overgrote meerderheid, dwz drie vierde, van de Belgen België willen, in één geheel en niet in stukken. 75% waarvan bij voorbeeld 40% Franstalige Belgen, en 35% Nederlandstalige van de 60% "Vlamingen" in België. Minstens 60% (35/60) van de "Vlamingen" zijn dus Nederlandstalige Belgen (een cijfer dat ik elders vermeldde en dat steeds opnieuw terugkomt) die een duurzame eenheid van ons land wensen. Dat is goed nieuws.

Dezelfde peiling toont ook dat Belgen "hun" geschiedenis niet goed kennen en vlaggen, ook de eigen, niet echt genegen zijn. Dit is helemaal geen paradox: anti-chauvinisme behoort tot de kern van de Belgische identiteit. Ik kan daarom een stukje van mijn tekst "Liever België" hernemen: "Tot de Belgische tradities behoort zelfs een soort ironiserend “anti-nationalisme”, welk op zich als positief kan beschouwd worden omdat het zich afzet tegen chauvinisme en fanatiek patriottisme, maar ook tegen onverdraagzaam regionalisme. Eigenaardig genoeg is deze goed begrepen zin voor ironie en zelfs surrealisme een belangrijke Belgische troef, omdat die relativerend werkt, en behoedt voor fanatisme."

Dit gezonde ingebakken anti-patriottisme blijkt dus uit de recente peiling, ook dat is goed nieuws. Aan die zelf-relativerende houding is wel een nadeel verbonden wanneer andere wel fanatieke nationalismen zich willen opdringen ten nadele van ons nationaal voortbestaan en van onze nationale eenheid, dan wordt die houding contra-productief.

En dus kan ik alleen blij zijn met het bericht dat enkele bekende Belgen lid geworden zijn van B-Plus, de vereniging die streeft naar een adequate en blijvende invulling van ons federale België.

Goed nieuws, wanneer blijkt dat in weerwil van sarcasme en fanatisme, er zovelen zijn die zich bevestigen als Belg, die leven in een Belgische eenheid beschouwen als hun toekomst, en als de toekomst van ons land. Een België waarin humanisme in alle mogelijke vormen, van alle mogelijke levensbeschouwingen en ideologieën, centraal staat en ons toelaat elkaar te vinden van mens tot mens ten einde maatschappelijke breuklijnen te overstijgen.

Met die wens en wil tot wederzijds begrip en tot onderlinge samenwerking, besluit ik hier voor 2007 mijn stukje van 21 juli, feestdag voor alle Belgen.

11 juli 2007

11 JULI: Grijnzen op ‘s vijands trillend lijk.

In juli 1847 schreef Hippoliet Van Peene de tekst "De Vlaamse Leeuw" . Karel Miny zette er wat muzieknoten onder en hop, het “Chanson” was geboren.

Wat zette deze twee helden des vaderlands aan tot deze plotse uitbarsting van creativiteit? De vrees voor annexatie van België aan de Tweede Franse Republiek, zo lezen we hier en daar.

Bijzonder, want de Tweede Republiek ging in Frankrijk slechts in februari 1848 van start, de twee Vlaamsgezinde Gentenaars waren wel vooruitziend. En waar waren ze bang voor: de annexatie, de republiek, of beide?

Het "Chanson" omvat vijf strofen, maar de "officiële versie" van "De Vlaamse Leeuw" omvat er slechts twee van het oorspronkelijke lied. Buiten de bekende volle-borst-slogans leest men daar:

"De vijand trekt te velde, omringd van doodsgevaar. Wij lachen met zijn woede, de Vlaamse Leeuw is daar"

De Vijand???

In vorige bijdrage heb ik al verwezen naar het verband met de kruistochten en de christelijke strijd tegen de islam en de goddeloosheid. Dit heeft nog een tweede betekenis: de republiek.

Louis-Philippe I was in Frankrijk de koning geweest die in den beginne de algemene reactionaire restauratiepolitiek milderde die in Europa ingesteld was door Klemens von Metternich, en daardoor op veel bijval kon rekenen. Hij had in 1835 ook een soort verbod op openbare samenscholing uitgevaardigd. In 1846 werd Frankrijk getroffen door een economische crisis, wat het revolutionair en republikeins streven weer aanwakkerde.

Als protestvereniging werd op 9 juli 1847 het "Campagne des Banquets" opgericht, die uiteindelijk zou uitmonden in de revolutie van februari 1848.

Maar in juli 1847 was er dus nog geen sprake van Tweede Republiek in Frankrijk, of, beter gezegd, alleen nog maar sprake. Dit "spreken over republiek" was al voldoende om de twee illustere Gentenaars een anti-Frans lied te doen samenstellen.

Ant-Frans, het moge duidelijk zijn, betekent anti-Franse-revolutie. En dat herinnert er aan dat, bij manier van spreken, daags na het uitbreken van de Franse revolutie in 1789, heel aristocratisch Europa de oorlog verklaarde aan Frankrijk: de Eerste Coalite , geheten: "Coalitie tegen de democratie" (= "War Against Democracy, War Against Liberty, War Against Equality, War Against Republicanism, or War Against Revolution" ). Om de democratisering van Europa te stoppen heeft Metternich daarna in 1814 noch de "Heilige Alliantie" opgericht, een soort “Internationale” van de Europese aristocratie tegen democratisering. Het Vaticaan werkte ijverig mee door democratie en liberalisme tot de status van ketterij te verheffen.

Anti-Frans betekent hier dus erg duidelijk: tegen democratie, tegen republiek, tegen seculariteit. Tegen de goddeloosheid, tegen "Het Beest" dat het christendom bedreigt. De eerste kerkvaders waarschuwden er al voor, na twee duizend jaar was het zover: de strijd tussen Goed en Kwaad was begonnen, de seculiere democratie moest bestreden worden als des duivels.

Zwart op geel als kleurensymboliek van de Vlaamse Leeuw zou dus wel erg letterlijk kunnen genomen worden: de unie van fascisme en katholiek fundamentalisme, een goed paar is historisch gebleken.

Hippoliet Van Peene en Karel Miny waren nochtans "liberalen", maar waarschijnlijk dan toch van de katholieke soort. Hun lied werd niet door de Liberale Partij gunstig onthaald. Nog in juli 1907 werd op het toenmalige liberale "guldensporenfeest" De Vlaamse Leeuw afgevoerd wegens "gevaarlijk klerikaal" en vervangen door Groeninghe van Jef Van Hoof: "Het Vlaamse heir staat immer pal…".

De Vlaamse Leeuw, de vlag en het "Chanson", verwijzen bijgevolg naar cultureel-ingebakken bekrompenheid en xenofobie: tegen democratie, tegen de republiek, tegen de seculariteit, tegen het niet-Vlaamse, tegen het niet-christelijke, en voorla voor… de "Kruistocht tegen Het Beest", tegen "De Vijand", de naam die men vroeger gebruikte om Satan himself aan te duiden.

De Vlaamse leeuw strijdt dus tegen "De Duivel".

De katholieke studentenvereniging KVHV zingt maar drie strofen. In aanvulling met de twee officiële zingt zij ook:

"Hij strijdt nu duizend jaren voor vrijheid, land en God;
En nog zijn zijne krachten in al haar jeugdgenot.
Als zij hem machteloos denken en tergen met een schop,
Dan richt hij zich bedreigend en vrees'lijk voor hen op."

Maar de "enige echte" flaminganten van Vlaams Belang en N-VA zingen hun "Chanson" volledig, en komen er dingen als:

"Wee hen, de onbezonnen, die vals en vol verraad, ..."

Om te eindigen met de vijfde en laatste strofe:

"Het wraaksein is gegeven, hij is hun tergen moe;
Met vuur in 't oog, met woede springt hij den vijand toe.
Hij scheurt, vernielt, verplettert, bedekt met bloed en slijk
En zegepralend grijnst hij op 's vijands trillend lijk."

Allez vooruit, 11 juli is de dag dat flaminganten op het trillend lijk van "De Duivel", van "De Vijand", dansen.

Ieder zijn hobby, maar of de stelling van Marino Keulen dat "de meerderheid van de Vlaamse bevolking op een gezonde en democratische manier tegen het lied aankijkt" daarmee gefundeerd wordt, kan ten stelligste betwijfeld worden. Laat staan dat zulks ook politiek ernstig moet genomen worden.

Mijn besluit uit de vorige bijdrage kan ik zonder meer hernemen, nu niet omwille van de achtergrond van de historische kruistochten tegen de islam, maar op basis van de politieke kruistochten tegen de seculariteit en de democratische rechtsstaat.

"De Vlaamse Leeuw" staat voor dorpsmentaliteit, bekrompenheid en xenofobie, voor fundamentalistische strijd tegen "Het Beest", tegen "De Vijand".

Die bekrompenheid merkt men deze dagen bij voorbeeld in de wens van Frank Vandenbroucke om mensen die te weinig Nederlands spreken te beboeten. Of in een de fratsen van JongCD&V de zelfverklaarde ethische partijwaakhond die achterlijke prijzen uitreikt waarmee ze haar onverdraagzaam bewijst, of in het figuurlijke vlaggengezwier van Kris Peeters als hij met de “5 Vlaamse resoluties van 1999” zwaait en verklaart dat eenieder die niet graag voor zijn “Vlaamse” voldongen feiten wordt geplaatst, te weinig samenwerkingsbereid zou zijn. Om ten slotte verfijnde uitspraken van Bart De Wever niet te vergeten als "Zelfs een varken schijt niet waar het eet" , als hij het over Nederlandstalige Belgen heeft.

Het maakt niet uit waar de Vlaamse leeuw zich manifesteert, als Vlaamse Regering, als flamingante partij of flamingant politcus, of als Vlaams-nationalistische drukkingsgroep, hij staat telkens voor dezelfde xenofobe en bekrompen dorpsmentaliteit.

Keer terug naar de eerste bijdrage over "De Vlaamse Leeuw"

10 juli 2007

DE EGYPTISCHE LEEUW

Deze week is het weer zover, er komen weer dagen van IJzerwakes en IJzerbedevaarten, veel vendelzwaaien met geel en zwart door nieuwe en oude flaminganten. Daar en daarbij wordt het "Chanson", u weet wel "Le Lion Flamin", uit volle borst gezongen:

"On ne saura pas l’apprivoiser, Le Lion Flamin,
Aussi longtemps qu’il sait griffer, aussi longtemps qu’il a des dents !" .

Over de symboliek en oorsprong van die “Vlaamse Leeuw” bestaat er wat dispuut.

Zo diende op 3 juli 2003 een burger een verzoekschrift in bij het Vlaams Parlement om het lied af te voeren en het door een ander, eventueel nieuw gecomponeerd “Vlaams volkslied” te vervangen. Het verzoek werd ontvankelijk geacht, besproken en verworpen. Marino Keulen was daarbij van mening dat "de meerderheid van de Vlaamse bevolking op een gezonde en democratische manier tegen het lied aankijkt". De commissie besloot dat aangezien door de Vlaamse Regering alleen de eerste twee strofen van het vijf strofen tellende lied weerhouden werden ( de "zachtste"), voldoende aan de bezwaren van de klager tegemoet gekomen was.

Is "De Vlaamse Leeuw", het "Chanson", wel echt zo democratisch?

Een tweede dispuut vind ik op een site van het Vlaams Belang (dat wel de volledige versie zingt), op de webpagina over "tien Belgische leugens over de Guldensporenslag". Ik lees er:

"Volgens een hardnekkig verhaal is de Vlaamse Leeuw afkomstig uit het Midden-Oosten. De Vlaamse graaf Filips van den Elzas zou deze 'zwarte leeuw op gouden veld' als kruisvaarder veroverd hebben op een islamitische heerser. Dit verhaal wordt gretig verspreid door de promotoren van de multiculturele samenleving. Het symbool van de Vlaams-nationalisten dat van de Arabieren afkomstig blijkt te zijn? Het idee alleen al is voor sommigen even lekker als een jointje."

De versie van de Arabische connectie van “De Vlaamse Leeuw” staat ook in het boek "Vuile Arabieren" van Lucas Catherine . Onmogelijk zegt men in Vlaams Belang- kringen, want de islam verbiedt het afbeelden van dieren.

De Vlaamse gemeenschap blijkt er net zo over te denken als het Vlaams Belang:

"De oorsprong van dit wapen is zeer oud en moet gezocht worden in de omgeving van de graaf van Vlaanderen."

“Zeer oud” ? Hoe oud? En uitsluitend afkomstig uit “Vlaanderen”?

En dus kunnen we best wat zoeken op niet-Belgische sites. Ik begin op deze Britse site, waar iemand volgende vraag stelt:

"Lions have been used in British heraldry since the 1100s. Who in Britain at that time would have seen a lion and how?"

Waarop een lezer antwoordt:

"Presumably, the use of a lion in heraldry, particularly where royalty is concerned, stems from the first crusade when the Kingdom of David was 'restored', his symbol, being of the tribe of Judah, was a Lion. The new - western - monarchy was claiming justification by association."

Niet in het minst omdat er toen in het Midden-Oosten nog leeuwen rondliepen, uiteraard: het symbool van de Joodse Koning David.

In Jerusalem vinden we verschillende stadspoorten, waaronder "Stephen’s Gate" . En daarover lees ik:

"The Hebrew name is Lion's Gate; this comes from the heraldic emblems of the Mamluk sultan Baybars (13th century) which are placed at either side of the gate. There is a local legend which tells that these are the lions that were ready to eat Suleiman's father, the Ottoman sultan Selim I ('the Grim') if he were to continue with his plan to destroy Jerusalem."

Mamluk sultan Baybars ?

Die uit dit boek: "The Lion of Egypt: Sultan Baybars I and the near East in the Thirteenth Century" van Peter Thorau” ?

Sultan Baybars was een succesvol Mamluk generaal, die zowel de Mongolen als de kruisvaarders buiten hield. Zijn embleem, of beter dat van zijn familie, was een leeuw.

In die buurt, in Libanon, staat een citadel, te Hasbaya. De citadel werd door de Chehabs veroverd op de kruisvaarders en is daarna hun familiebezit gebleven. Zij hadden ook een embleem:

"Stone lions, a heraldic emblem of the Chehab family, decorate the wall on either side of the arched portal. Two large lions are depicted in chains, each beside a weak, unchained rabbit. A set of smaller lions appears within the arch above the doorway and just below that is a plaque in Arabic commemorating an addition to the castle made in the year 1009 Hejira by Emir Ali Chehab some 400 years ago."

En verder:

"The 20,000-square-meter complex is centered around a large unpaved courtyard and contains residential buildings and a mosque. Its main portal features a carved image of a lion, the emblem of the Chehabi family. Expanded and renovated over the course of some eight and a half centuries, the building retains elements of Mamluk and Ottoman architecture and interior decoration."

Leeuwen dus. Leeuwen waren het symbool van de Mamluk-regenten in de dertiende eeuw. En daarvoor ook waarschijnlijk, de eerste kruistochten waren in de elfde eeuw.

Maar om een definitief besluit over de Arabische connectie van "De Vlaamse Leeuw" te kunnen trekken, is nodig er even aan te herinneren dat een embleem of een symbool één ding is, een wapenschild een ander. Waarom waren die nodig? De Encyclopedia Britannica geeft uitsluitsel.

Tijdens de kruistochten evolueerden de harnassen. Ridders zaten er helemaal in verpakt, en daarom was het nodig een teken aan te brengen om de ridders te kunnen herkennen. Zo ontstond het wapenschild, en daarmee de heraldiek. De oudst bekende uiting daarvan is te vinden in Frankrijk, en is niet ouder dan 1151. Het gaat om een afbeelding van Geoffroy IV d' Anjou, die een blauw schild draagt met gouden klimmende leeuwen.

De leeuw in de heraldiek was toen een algemeen verschijnsel: klimmende leeuwen, wakende leeuwen, wandelende leeuwen. Vele landen en regio’s hadden of hebben leeuwen in hun wapenschild: Tsjechië, Bohemen, Luxembeurg, Nederland, België, Brabant, Siena, Bulgarije, Calderdale, Schotland, Wales, Noorwegen, Finland, Spanje, Estland, Montenegro,… . Aan leeuwen op wapenschilden geen gebrek.

Leeuwen in de heraldiek, de conclusie is duidelijk, zijn een gebruik van de kruisvaarders, die hun symbool leerden kennen in de cultuur van hun islamitische tegenstanders.

De Vlaamse Leeuw is dus wel degelijk van oorsprong een Arabische, Egyptische Leeuw, en niet zo maar "een oud symbool" zoals de Vlaamse Regering wil doen geloven.

Wel echt grappig wordt het wanneer ik op de Vlaams Belang-site leest waar de Vlaamse Leeuw volgens deze partij wel vandaan zou komen:

"De leeuw was overigens al lang voor de kruistochten bekend in Europa, onder meer bij de Romeinen. De oorsprong van de Vlaamse Leeuw moeten we niet in het Midden-Oosten zoeken. Onze leeuw is wellicht een verre afstammeling van de draak, een oud Europees symbool dat we bijvoorbeeld nu nog op de vlag van Wales terugvinden."

Van bij de Romeinen? Wetende dat rabiate Vlaams-nationalisten elk verband tussen België en de Romeinse provincie "Belgica" kierewit vinden, is deze verwijzing wel leuk. "De draak"? Is de Vlaamse Leeuw familie van het monster van Lochness? Van deze “stelling” is in elk geval niets te vinden op deze site over draken in de heraldiek, noch op deze over het wapenschild van Wales.

Meer nog, de leeuw, zoals bij Richard Leeuwenhart, is in de eerste plaatst het symbool van Christelijke kruisvaarders, de strijders, de verdedigers van het Christendom tegen de heidenen en in dit geval tegen de islam.

En buiten de Arabische afkomst van de Vlaamse Leeuw, is dat nog een veel belangrijker vaststelling: de Vlaamse Leeuw symboliseert de strijd van het christendom tegen de goddeloosheid.

De leeuw als symbool verwijst ook naar koninklijke macht, en dat herinnert er ons aan dat de eersten die een onafhankelijk Vlaanderen wilden uitroepen, een "Koninkrijk Vlaanderen" in gedachten hadden. De Vlaamse Leeuw als symbool staat dus ook ver van de republikeinse gedachte.

Van waar komt "De Leeuw" ? Uit het jodendom, uit de islam, uit Egypte.

Voor wat staat de Vlaamse Leeuw der kruisvaarders? Voor xenofobie. De Vlaamse Leeuw strijdt tegen "De Vijand", "De Goddelozen", tegen "Het Beest"

Deze strijd vinden we ook terug het "Chanson" over de "Le Lion Flamin" .

"De Vlaamse Leeuw" als lied lied is nu en dit jaar 160 jaar oud. Daar ga ik verder op in bij de volgende bijdrage.

6 juli 2007

CD&VATICAAN (4), Particratie

De reden waarom Kris Peeters Minister-President werd en niet een ander, is kort en bondig weer te geven: "Ik heb Kris Peeters persoon-lijk gekozen" , zei Yves Leterme in een interview.

Ook dit korte zinnetje is veelzeggend over de manier waarop bij CD&V met democratie wordt omgegaan. "Persoonsdemocratie" betekent in dit geval dat Yves Leterme eigenmachtig en persoonlijk bepaalt wat er gebeurt.

De manier waarop Kris Peeters Minister-President werd, is op verschillende punten voor kritiek vatbaar. Om te beginnen is hij nooit verkozen, maar werd hij door dezelfde Yves Leterme bij de personalistische middenstandsorganisatie UNIZO weggehaald. Buiten het feit dat zulks het corporatisme vergroot, komt er nu iemand aan het hoofd van de Vlaamse Regering die zich nooit aan de kiezer heeft gepresenteerd.

Kris Peeters, dixit Yves Leterme, werd door hem persoonlijk gekozen, dwz van interne partijdemocratie is al evenmin sprake geweest bij de aanstelling van Kris Peeters als Minister president.

Is dit nu allemaal een expressie, weerom, van de persoon-lijkheid van Yves Leterme, of valt deze handelswijze te rijmen met het personalisme van CD&V ?

Het antwoord is : "Ja, dit is personalisme".

Het personalisme immers bekritiseert de seculiere filosofie omdat ze zich afzet "tegen het recht van de sterkste". Niet alle mensen zijn sterk, zegt men daar, en dus moet er voor de zwakkeren onder ons gezorgd worden. We hebben een “warme” samenleving nodig, luidt het in het CD&V-koor.

"Niet alle" mensen zijn sterk betekent echter niet: "Och we zijn allemaal maar mensen", neen, het betekent dat sommigen wel degelijk "sterk" zijn: de Personen.

Deze sterke persoonlijkheden, de herders, dienen zich geëngageerd te bekommeren om de schaapjes, de zwakkeren van de samenleving. Daarom hoeven de herders de mening van de schaapjes niet te vragen, die genieten van hun volgzaamheid. Hier opnieuw herleidt het personalisme, CD&V dus, het verschijnsel politiek tot het probleem van "de juiste persoon op de juiste plaats". Als het mis gaat is het de schuld van de slechtheid van de leiders.

Maatschappelijke structuren en analyses zijn CD&V-ers vreemd, voor hen is alles een kwestie van personen. Het gevolg is dat CD&V democratie opvat als dictatuur tussen twee verkiezingen en politiek als de zoektocht naar de juiste herder. In deze autoritaire ethica dient ieder "respect" op te brengen voor de waarden van de gemeenschap en voor de "door God Gewilde Orde". De mening van de burgers, is voor CD&V van geen enkele tel. De partij(verantwoordelijke) beslist.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat Wouter Beke naar de fundamentalistische "kerkvader der kerkvaders" Augustinus verwijst:

"Gemeenschap van goederen was voor Augustinus een voorwaarde om te komen tot echte vrijheid. … .Zonder respect voor onze gemeenschap, onze taal, onze cultuur en onze waarden gaat het niet. … . De absolute vrijheid is te zwaar om dragen."

Volledige afwezigheid van inspraak is het gevolg. "Het zijn uw zaken niet" is de geliefkoosde uitspraak van Jean-Luc Dehaene tegenover iedereen die vraagt waar hij mee bezig is. Nu akkoord, het heeft weinig zin tijdens onderhandelingen voortdurend de vuile was buiten te hangen, en beroepsgeheim kan nuttig zijn om gesprekspartners tot welwillendheid te bewegen. Maar hebben burgers geen democratisch recht op transparante informatie, zeker in zaken die hen ten stelligste aanbelangen? Anders gezegd: is in een democratie de gesprekspartner bij uitstek niet de burger zelf?

De eigenmachtige houding van CD&V verantwoordelijken is een soort afspiegeling van de pauselijke onfeilbaarheid, net als het personalisme niet meer is dan de politieke doctrine van het Vaticaan.

Het resultaat daarvan is particratie, en nog een reden te meer waarom personalisme politiek onaanvaardbaar is in een democratische lekenstaat. Theocratische particratie zoals CD&V ze promoot als "personalisme" , is geen democratie

Start opnieuw bij (1) van deze serie.

5 juli 2007

CD&VATICAAN (3), Ondernemerschap

Om "zijn persoonlijkheid" nog verder toe te lichten, sprak Kris Peeters zijn bewondering uit voor het creatieve werk van ondernemers:

"Ik heb geen complexen over mijn bewondering voor ondernemers. Ik vind het gewoon fantastisch: mensen die een idee concretiseren en daar werkgelegenheid door creëren." (DM 30 juni 2007)

Die uitspraak heeft ontegensprekelijk iets terechts. In sommige kringen is nogal gemakkelijk kankeren op al wie ondernemend is, door ze voor te stellen als misantrope bloedzuigers. Dat vele ondernemers een grote verantwoordelijkheid nemen en maatschappelijke meerwaarde creëren, zou misschien zelfs wat meer mogen gezegd worden.

Tegelijk verraadt die uitspraak van Kris Peeters een verregaande naïviteit en vooral een gebrekkig maatschappelijk inzicht. Weerom in de tradite van het personalisme, herleidt Kris Peeters de problematiek van "duurzaam ondernemen" tot de persoonlijkheid van de ondernemer. Hij bewondert die ondernemers als persoon, en daarmee is de kous af.

De meest goedmenende en welwillende ondernemer zal echter snel merken dat hij een concurrentienadeel heeft. Als hij investeert in veiligheid voor zijn werknemers, zuiveringsinstallaties en afvalverwerking, duurzame energie enz. dan betekent dat een ferme brok minder winst en dus ook minder investeringsmogelijkheden. Daardoor ondervindt hij concurrentiëel nadeel tegenover zijn gehaaide collega die illegale zwartwerkers aanneemt, zijn vuil overal achterlaat, lucht en water verpest, en het niet nauw neemt met de gezondheid en de veiligheid van zijn "personeel".

Aan dat concurrentienadeel iets aan veranderen is niet zo vanzelfsprekend. Het is een kwestie van wetgeving en internationaal systeem, die niet kunnen beschreven als karakterologie en persoonlijkheid van wie dan ook. Onze huidige geglobaliseerde economie draait als systeem op winstbejag en kapitaalzucht, het is niet eenvoudig daar iets aan te veranderen.

Maar de uitspraak van Kris Peeters verraadt ook een neiging naar corporatisme. Hijzelf, als ex-UNIZO, is nu Minister-President. Peter Leyman, voormalig Volvo-baas, zal naar alle waarschijnlijkheid een plaats in de volgende federale regering bekleden. Het corporatisme (de controle van en invloed op de politiek door de bedrijfswereld) zal er niet door verkleinen. Wat er onmiddellijk aan herinnert of Kris Peeters "op milieu" niet degene was die als minister de bedrijven moest beschermen tegen “groene aanspraken”.

Corporatisme, personalisme, solidarisme, het klinkt allemaal behoorlijk "rechts".

Volgende bijdrage, en laatste bijdrage in deze reeks, gaat over de particratische en ondemocratische neigingen van CD&V.

Start opnieuw bij (1) van deze serie.

3 juli 2007

CD&VATICAAN (2), De Vlag en De Leeuw

Onmiddellijk na zijn aantreden als Minister-President van de Belgische regio "Vlaanderen, liet Kris Peeters aan de media weten dat hij nog nooit met een leeuwenvlag had gezwaaid. IJzerbedevaarten zijn hem vreemd, en blijkbaar moet dat iets “geruststellends” hebben.

"Wat niet is kan nog komen"
, zal men bij N-VA denken. De opmerking van Peeters is in de eerste plaats een expressie van het personalisme van de nieuwe Minister-President.

Een gevolg van een personalistisch perspectief op de samenleving is immers een volstrekt gebrekkige sociologische analyse, waarbij maatschappelijke fenomenen uitsluitend verklaard worden door de karakterologie van de beleidsmensen, van de "herders". Wat maakt het nu uit voor de burgers of Kris Peeters een regelmatige bezoeker was van de IJzerwake of IJzerbedevaart? Hij is lid van CD&V/N-VA.

Hoe denkt Kris Peeters over de toekomst van België? Eenvoudig: als een rasechte confederalist, volledig naar de partijlijn van CD&V. Hij zegt:

"De solidariteit met een Waalse gehandicapte of met om het even wie het daar moeilijk heeft, vind ik, vanzelfsprekend....Ik wil wel een staatshervorming, maar het gaat er mij daarbij niet om om de solidariteit te verbreken, wel om het rationeel aanpakken van problemen waar zowel Vlamingen als Walen beter van worden. ...Er zijn de vijf resoluties van het Vlaams parlement uit 1999" (DM, 30 juni 2007)

En die 5 Vlaamse resoluties nam hij mee naar zijn onderhoud met de informateur, Didier Reynders, voor wie ze uiteraard oud nieuws waren. Maar vooral blijkt uit dit citaat van Kris Peeters de simplistische visie dat de discussie over unitarisme/federalisme/separatisme/confederalisme alleen over armen-solidariteit gaat, en niet over samenlevingsmodellen.

Zowel Cd&V als N-VA houden er tegenover "Wallonië" een koloniale visie op na: van het ogenblik dat het geld kost, moet het worden afgestoten. Bij wijze van ontwikkelingshulp, willen ze echter nog wel wat nonnekes en paterkes sturen, op missie in het verre Walenland.

Voor CD&V is het "Vlaamse Volk" door God gekozen, misschien zelfs uitverkoren, in elk geval Gods schepping. België, als een natie die niet samenvalt met Gods wensenboek, is dus des duivels, een creatie van Het Beest, “kunstmatig” in hedendaags CD&V-jargon.

Vandaag nog schrijft een KVHV-student uit Gent:

"Laten we ons in het KVHV dus verzetten tegen de vernietiging van Gods werk (het Vlaamse/Dietse volk) en ons katholiek Vlaams-nationalisme aanhouden tot de Belgische staat begraven is.

God ter ere, Vlaanderen ten bate!

Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Kristus!"

Laten we daarbij niet vergeten dat KVHV als student vele Vlaams-nationalistische en katholieke politici huisvestte.

Het fanatieke, anti-democratische ultramontane katholicisme blijkt voor een belangrijk deel aan de wortels te liggen Vlaams-nationalisme. "Vlaamse frontvorming" en "katholieke frontvorming" gingen meestal samen.

Om die gemeenschappelijke frontvorming van Vlaams-nationalisten en reactionaire katholieken te verduidelijken, is het nodig een stukje "vergeten geschiedenis" op te rakelen.

De geschiedenis van CD&V begint niet in 1945 bij de stichting van de CVP, zoals de CD&V-site wil doen geloven. Op zich is die CD&V-voorstelling van hun eigen partijgeschiedenis al een leugen of minstens een mystificatie om haar onfris verleden te verbergen.

De geschiedenis van CD&V begint in 1869, vijf jaar na de uitvaardiging van de encycliek Quanta Cura die democratie en liberalisme tot "ketterij" herleidde. Charles Woeste (bekend van zijn afkeer voor priester Daens) nam de leiding van de toenmalige "Katholieke Partij", die tevens onder controle van het Vaticaan stond. In 1921 werd de katholieke Partij omgedoopt tot "Katholieke Unie" omdat ze zich openstelde voor meerdere standen.

In 1922 sterft Charles Woeste, en in 1936 komt "de ramp". Tijdens de verkiezingen van dat jaar lijdt de Katholieke Unie een historische nederlaag, waarbij ze haar kiezers ziet vertrekken naar VNV (Vlaams-Nationaal Verbond) en Rex (van de fascist Léon Degrelle).

Die verkiezingsnederlaag van 1936 zet de Katholieke Unie in rep en roer. De partij besluit te reorganiseren, en sticht onder de gemeenschappelijk naam "Het Blok der Katholieken" twee partijen: KVV (Katholieke Vlaamse Volkspartij) en PCS (Parti Catholique Social).

Aan Vlaamse zijde droomt men van een groot front tegen "de goddeloosheid". KVV knoopt besprekingen aan met VNV en met Rex. Eén van spilfiguren van deze "Vlaamse Concentratie" was Gaston Eyskens. Op 18 oktober 1936 lanceert deze "Concentratie" een "Oproep tot het Vlaamse Volk", waarbij één van de vier uitgangspunten "de oplossing van sociale problemen volgens de richtlijnen van de pauselijke encyclieken" was. De oproep is gericht aan “alle Vlamingen”, ongeacht of ze tot KVV, VNV, Rex of Verdinaso behoren, om samen een "katholieke, Vlaamse en volkse orde" tot stand te brengen.

Net zo weinig als Cyriel Verschaeve er een probleem mee had te collaboreren met de nazi's, net zo min zag Gaston Eyskens er tegenop samen te werken met VNV, Rex of Verdinaso. Gaston Eyskens zou zelfs opgemerkt zijn op een persoonlijk etentje met Léon Degrelle (wat hij later altijd formeel ontkende), maar dat etentje was voor de Belgische bisschoppen het signaal om Gaston Eyskens, samen met vier andere professoren van de Leuvense universiteit, spreekverbod op te leggen. Heeft dit spreekverbod Gaston Eyskens behoed voor daadwerkelijke collaboratie, naar het voorbeeld van zijn vele VNV, Rex en Verdinaso vrienden?

Uiteindelijk kwam door deze bisschoppelijke interventie ook het "project" KVV-VNV ten einde. Een onfris verleden, zeer zeker, bemerk dat in dit overzicht de Vlaamse Concentratie niet vermeld staat.

Maar wat is de relevantie daarvan voor CD&V, vandaag?

Bij de stichting van CVP werden vele principes van de KVV-VNV overgenomen. Gaston Eyskens werd één van de prominenten van de CVP, en naar zijn eigen zeggen weerspiegelt de staatshervorming van 1970 zijn ideeën uit de Vlaamse Concentratie.

De tweede relevantie is de mildheid die CVP steeds en altijd aan de dag gelegd heeft ten aanzien van de collaboratie, en als je het verleden van de partij kent, is dat allerminst verwonderlijk. Ook vandaag is CD&V-huisideoloog Wouter Beke bijzonder vriendelijk voor het fascisme:

"In de jaren '30 kwam er nog een andere uitdaging bij. Niet alleen de liberale vrije markteconomie, maar ook de liberale democratie kwam onder een spervuur van kritiek liggen. Voor linkse katholieken leverden de democratisering en de veralgemening van het stemrecht niet op wat ervan verwacht werd. Voor een invloedrijke minderheid van conservatieve katholieken was die democratisering van het goede teveel en zij wierpen zich op als erfgenaam van het oude contrarevolutionaire traditionalisme. Het liep grondig fout met de samenleving en er werd daarom gezocht naar iets nieuws. Een nieuw politiek, sociaal en economisch antwoord werd geformuleerd door het fascisme. Dit regime kende een belangrijke aantrekkingskracht, ook bij een aantal katholieken, omdat het in zijn reactie t.o.v. het liberalisme en het socialisme een nieuw alternatief bood."

Het fascisme uit dertiger jaren was dus voor Wouter Beke niets meer dan wat onschuldig gezoek naar "iets nieuws" uit "onvrede met het liberalisme". Wouter Beke is anno 2007 zeer zeker zijn ultramontane oorsprong niet vergeten.

Er is nog een derde relevantie, namelijk de verkiezingsnederlaag van 1936. Over de betekenis van zulke nederlagen voor de Vlaamse katholieke politiek, schrijft Wouter Beke:

"Dan stelde de partij zich even existentiële vragen en keerde men terug naar de grond van de politieke actie. Hierbij moet rekening worden gehouden met het feit dat de C.V.P. een partij is die gedurende vijftig jaar quasi voortdurend aan de macht is geweest. "Omdat ze opereert als beleidsmachine in het centrum van de macht, moet ze haar standpunten vanuit de techniciteit van het regeringsbeleid bepalen, met het gevolg dat haar beginselen en centrale doelstellingen al te vaak in de mist verdwijnen." aldus B.J. De Clercq. Pas als die macht in gevaarkomt, wordt er teruggegrepen naar de eigen fundamenten."

Ook na een verkiezingsnederlagen van 1999 en 2003 grijpt de CVP, net als in 1936, terug naar haar fundamenten, dwz wordt ze een fundamentalistische partij. Het personalisme wordt uit de kast gehaald, de KUL-moraaltheoloog en personalist Luk Bouckaert wordt adviseur bij UNIZO, de voorzitter van UNIZO, Kris Peeters wordt minister en nu Minister-President, en CVP wordt CD&VN/N-VA, alles naar het voorbeeld van de Vlaamse Concentratie KVV-VNV (&Rex) uit 1936. Opnieuw, na zeventig jaar, vinden religieus katholiek fundamentalisme en nationalistisch fundamentalisme elkaar.

CD&V/N-VA is dus niets minder dan de historische erfgenaam van het zo goed als collaborerende KVV-VNV, en net als de Vlaamse Concentratie zich richtte op de leer van het Vaticaan (toen solidarisme en corporatisme), doet CD&V dat opnieuw door haar nadruk op personalisme. Oude wijn in nieuwe vaten: katholiek en reactionair lekenactivisme tegen de seculiere democratie, omdat die, aldus het Vaticaan, "steunt op de mens".

Katholiek personalisme en Vlaamsgezind confederalisme hangen nauw samen. Beide ideologieën vinden in Kris Peeters een overtuigd pleitbezorger: alles voor een Vaticaanse herkerstening van het Vlaamse Volk, Gods Schepping en Wil.

In de volgende bijdrage ga ik in op de visie op ondernemerschap van CD&V.

Start opnieuw bij (1) van deze serie.

2 juli 2007

CD&VATICAAN (1), "Persoonsdemocratie"

Nu naar alle waarschijnlijkheid CD&V zowel in de Vlaamse als in de Federale regering aanwezig zal zijn, al weten we niet onder welke vorm, lijkt het nuttig om stil te staan bij de maatschappelijke ambities van die partij. Ik heb daarom (voor vier bijdragen) vier stellingen geselecteerd uit het recente interview in "De Morgen" met Kris Peeters, de nieuwe Minister-President van de Belgische regio "Vlaanderen".

Het eerste citaat, en dus deze eerste "posting", gaat over de visie die ten grondslag ligt aan de huidige CD&V-politiek, namelijk het personalisme. Kris Peeters zei het zo:

“Het personalisme van de christendemocratie is mij heus niet zo vreemd en dat is toch wel een vrij goed onderbouwde maatschappijvisie, dacht ik. Dat moet en kan geconcretiseerd worden, en dat heb ik ook drie jaar als vakminister geprobeerd”.

Ik onthoud hieruit dat volgens Kris Peeters personalisme moet geconcretiseerd worden in de samenleving en dat hij zich voor die concretisering al drie jaar als minister heeft ingezet. Korter gezegd: voor Kris Peeters moet heel ons land “personalistisch” worden.

Christen-democratie blijkt bij CD&V synoniem met personalisme, maar wat is "personalisme" ? Laat ons eerst naar voorbeelden kijken.

Enkele jaren geleden zond de Vlaamse zender VT4 een programma uit over Niki, een jonge vrouw op zoek naar de ideale partner en om die te vinden trok Niki met een hele resem kandidaten naar het zonnige Acapulco . Niet echt bijzonder zal u zeggen, maar de leuze is me bijgebleven: "Ze zoekt dé ware PERSOON, man of vrouw maakt niet uit."

Ook al wat geleden las ik, ik dacht van Bart De Wever, die het, in zijn ogen dan, ontluikende Vlaanderen vergeleek met zijn peuter die de eerste stapjes zette. En eigenaardig genoeg kijkt niemand op van de beeldspraak over communautaire problemen als van een "huwelijk" tussen Vlaanderen en Wallonië. Blijkbaar ook is de mens in Vlaanderen één en ondeelbaar want “De Vlaming” wil meer bevoegdheden. Allemaal personificaties, die samengevat willen zeggen dat "De Vlaming" een peuter is die in een slecht (homo?)-huwelijk is beland.

Meer en meer laten ook aanhangers van Intelligent Design van zich horen, mensen die beweren dat de evolutie een soort langgerekte schepping is, het ontwerp van een super-brein, van een persoonlijke God.

In Nederland spreekt men eerder van "personendemocratie", maar daar bedoelt men dan weer rechtstreekse verkiezing van personen mee, in plaats van partijen. Personendemocratie en personencultus komen daardoor misschien wat te dicht bij elkaar.

En nu zaterdag was er in Brussel een opkomst van Evangelische christenen, die zich bekloegen dat de wereld en in het bijzonder België, zich verwijdert van "De Heer", dwz die "Grote Meneer", die Persoon. Verschillende christelijke teksten spreken over de "persoon" van Jezus Christus.

Reginald Moreels, CD&V-politicus "terug van weggeweest", zegt dan weer in een interview:

"Eigenlijk had ik graag één persoon echt willen leren kennen, en dat is Jezus Christus. Zijn boodschap ‘bemin uw naaste zoals uzelf’ blijft immers bijzonder actueel."

En op de CD&V-site schrijft hij:

"Gelovige politici moeten durven getuigen in alle respect voor alle levensbeschouwingen dat ze gelovig zijn en dit ook zeggen. Omdat zij als politiek geëngageerde mensen moeten beseffen wat hen drijft en waar hun wortels liggen. Bovenal mogen leven van het besef dat ze in hun verantwoordelijkheid voor hun naaste niet alleen staan maar mogen geloven in een Grotere Aanwezigheid. Dit laatste moeten we ook durven uitspreken, zonder enige vorm van exclusiviteit ten opzichte van al diegenen die deze Aanwezigheid niet nodig achten of verwerpen. DE PERSOONSDEMOCRATIE slaat een brug."

En zo komen we tot de kern van de vraag. Personalisme is geen filosofie in de echte betekenis van het woord, maar wel een religie, of beter gezegd: een onderdeel, een richting van het katholicisme.

Personalisme kan enerzijds gezien worden als het geloof, het dogma, dat de mens absoluut niet-reduceerbaar is tot niet-persoonlijke invloeden, dwz het geloof dat er niets onpersoonlijks is aan de mens. Anderzijds kan personalisme gezien worden als het engagement in de navolging van De Persoon, dwz Jezus, en is personalisme hetzelfde als "Persoon-alisme", "Jezus-Christus-isme".

Personalisme in CD&V-zin is de politieke leer van het Vaticaan, zoals onder meer weergegeven in het werk "The Acting Person" van Karol Wojtyla, de vorige paus. De theologische studie van het personalisme bloeit ook aan de K.U.L., die tevens moraaltheologen levert om UNIZO (waar Kris Peeters vroeger voorzitter van was) te begeleiden.

En die vaststelling laat ons toe een belangrijk besluit te trekken.

Aangezien personalisme een (onderdeel van een) religie is, en géén filosofie, komt personalisme niet echt in aanmerking voor filosofische kritiek. Personalisme valt als religie onder de godsdienstvrijheid en is als dusdanig respect waard. Maar personalisme valt daardoor ook onder de beperkingen die de democratische lekenstaat oplegt aan godsdienst in het algemeen .

De democratische lekenstaat beschermt immers het recht van ieder burger om zijn godsdienst te kiezen, te belijden én te verlaten. Elk burger heeft het recht om gelovig én het recht om afvallig te zijn. Maar in een democratische lekenstaat heeft geen burger het recht om zijn geloof aan anderen op te dringen. In een democratie geldt: godsdienst ja, fundamentalisme neen!

En daar wringt het schoentje. Wanneer ik lees dat Kris Peeters vindt dat het christelijke personalisme geconcretiseerd MOET worden, en dat zulks reeds zijn streven was gedurende drie jaar ministerschap, dan vraag ik mij af of de scheiding van Kerk en Staat daardoor niet doorbroken wordt.

En ik ben niet de enige die me vragen stelt. In zijn bespreking van het "De mythe van het vrije Ik", het laatste boek van CD&V-huisideoloog Wouter Beke, vraagt Ludo Dierickx vraagt zich af of hij ongerust moet zijn:

"Ik stel mezelf dan ook de vraag: heb ik dit boek goed gelezen en, belangrijker, heb ik de auteur begrepen? Ik maak me zorgen…"

Dirk Verhofstadt vindt de tekst van Wouter Beke "Back to the fifties" en over de andere huisideoloog van CD&V, Mark Van de Voorde, schrijft hij:

"Geloven is niet achterlijk, het opleggen aan anderen wel."

De Maastrichtse politiek filosoof Christophe Andrades noemde zijn bespreking van Bekes boek "Tegen de opwarming van de samenleving" , waarin hij besluit:

"Wouter Beke is geen ayatollah uit Iran zoals hij zelf terecht aangeeft op zijn website. Toch is het ontegensprekelijk dat de ondermijning van het ideaal van individuele vrijheid op lange termijn alleen maar kan leiden tot mensen die worden onderworpen aan het juk van mensen die extern gaan bepalen hoe ze moeten leven en tot het ondergraven van de capaciteit van kritische burgers om met elkaar in debat te gaan op basis van rationele argumenten. "

Bij het lezen van de "nieuwe" huisideologen van CD&V, lijkt het me dat "broederschap" voor hen niet zozeer verwijst naar intermenselijke relaties, maar naar "Broeder-schap", dwz het engagement van kloosterlingen ten aanzien van hun geloofsgemeenschap. Respect betekent bij CD&V niet het respect voor de mens, maar voor de normen en waarden van de (Vlaams-)katholieke gemeenschap, van het christendom, die volgens CD&V blijkbaar voor iedereen moeten gelden.

Al bij al blijkt het personalisme een religieus-fundamentalistische stroming binnen het katholicisme, de hedendaagse versie van het ultramontanisme dat de scheiding tussen Kerk en Staat verwierp, een moderne herformulering van het missiewerk. En nu de prieters dat zelf niet meer mogen doen, omwille van de scheiding tussen Kerk en Staat, zet het Vaticaan alles in op lekenactivisme (gelijkend op het lekenactivisme van het neocatechumenalisme en van Opus Deï) om "het geloof te verkondigen", om Europa te herkerstenen. M.a.w.: de CD&V-politici moeten/willen "Het Geloof" uitdragen, en nemen zo een deel van het missiewerk van het Vaticaan op zich.

Het Vaticaan wil niet intern democratiseren, maar wel de democratie verkerkelijken of "verkerstenen" door lekenactivisme. In dat perspectief werkt CD&V.

Kris Peeters, en samen met hem een hele rits CD&V-politici die zich beklagen over de "godsverduistering" in de huidige samenleving, zullen best leren aanvaarden dat er in een democratische lekenstaat geen plaats is voor religieuze opdringerigheid, ook niet onder het mom van een pseudo-seculiere leer luisterend naar de naam "personalisme".

Godsdienstvrijheid en leken-missionarisdrift gaan niet samen, net zo min als democratie en theocratie. Personalistisch politiek engagement past niet in een democratische lekenstaat, omdat de democratie seculier is en niet-christelijk, ondanks wat het Vaticaan en islamintegristen beweren.

In de volgende bijdrage ga ik in op het verband tussen personalisme en Vlaams-nationalisme.